vrijdag 5 februari 2016

Mooi Kuiten op de Neerkant


Het mechaniek van Gino Sciardis wordt gesmeerd.
Het is de Tour van 1948.
Gino fietst al meer dan tien jaar om den brode maar dit is zijn eerste Tour.
De Tweede Wereldoorlog én Italiaan van geboorte, dan krijg je dat.
Niet dattie in de tussentijd heeft stilgezeten, dat kun je wel zien aan zijn kuiten.
Goddelijke kuiten, 't waren dan ook allemaal Goden die tweede na-oorlogse Tour.

Het woord 'kuiten' brengt Fabio terug naar Neerkant.
Wat voor de buitenstaander enige verduidelijking behoeft terwijl de ingewijde reeds grinnikt.
Vanwege de opbouw van het verhaal gaan we ook terug naar het Neerkant van nét na de oorlog.
En voor het juiste perspectief,
een plaatje van Neerkant vóór die oorlog zoals degeen die erná is geboren Neerkant niet kent.

De regionale wielerliefhebber zal het helpen als deze weet dat we hier 'n stukske achter 't latere café van Jo Verstappen staan en dat Jan Bellemakers, de groenteboer, zo'n beetje op 't eind van die heg zou komen te verkopen.


Let wel, U ziet een heg, een klooster en een kerk.
Van die kerk was na de oorlog niet veel meer over.
Zeg maar gerust helemaal niks.
Wat niet wil zeggen dat de invloed van de kerk weg was, nee die hield nog wel 'n tijdje stand.
Ouwe heggen zijn taai.

Het zal niet veel later dan 1948 zijn dat onderstaande jongeman door de Dorpstraat fietst.
Links van hem wordt mogelijk de grond voor de nieuw te bouwen kerk al klaargemaakt.
Waarschijnlijk is hij op weg naar de noodkerk op de Moostenstraat.
Heden ten dage in zekere kringen vooral bekend als de plek waar jaarlijks Het Stalen Ros plaatsvind.


De jongeman fietst een ongewisse doch zekere toekomst tegemoet.
Op z'n degelijke pakkendrager rust een pakket met daarin een geschiedenis van een afgelegen, moeilijk bereikbare plek midden in de Peel. En eromheen een strakke strik van Meneer Pastoor, de kapelaan en de Zusters.


'Man! Dîtte slû onderhand toch wel alles. Wa hî dî nou mî kuiten te maken?'
Fabio begrijpt uw ongeduld beste lezer.
Maar misschien dat U deze lange aanloop, aarzeling misschien wel, beter begrijpt als u weet dat bovenfietsende jongeman een belangrijke rol in de opvoeding van Fabiooke heeft gehad.
En, zoals de inmiddels wel uitgegrinnikte ingewijde sinds lang weet,
op de Neerkant zeggen ze 'Dûr de rutje noar butje' als ze 'Door de ruiten naar buiten' bedoelen.
Nou dan weet U het wel.
Mooi Kuiten!

Geen opmerkingen:

Een reactie posten